DE GOTLANDER
Herkomst
De Gotlander is een Zweeds schapenras. Rond het jaar 1920 is men op het eiland Gotland begonnen de gelooide huiden van geslachte lammeren te gebruiken voor kleding, zoals jassen, mutsen en wanten. Vanaf toen selecteerde men de dieren ook op de pelseigenschappen, zoals de kleur, de krul en de haarkwalitieit.
Het ras behoort tot de Noord Europese kortstaart schapen-rassen, waarin bloed van divere schapenrassen terug te vinden is, zoals de Romanov, de Leicester en de Karakul. Volgens overleveringen is het een ras dat is ontstaan door menging van diverse diverse rassen, die de Vikingen vroeger op hun strooptiochten door Noord Europa meenamen.
Verspreiding
In Zweden komt veruit de grootste populatie voor. Ook is het ras in Denemarken behoorlijk verspreid. Kleinere aantallen houders zijn te vinden in Duitsland, Engeland en Nederland. In 1977 zijn de eerste dieren in Nederland ingevoerd. Recent is het ras door middel van KI ook geintroduceerd in de Verenigde Staten.
Kleur
De dieren zijn van licht tot donkergrijs met zwarte kop en poten. Blesvorming komt voor.
De lammeren zijn bij geboorte zwart.
De hoorns die de oorspronkelijke schapen -de Gutefar- op Gotland hadden zijn weggefokt.
Eigenschappen
De vruchtbaarheid is goed. De worpgrootte is éénjarige ooien meegerekend gemiddeld 1.8 lammeren per worp. De ooien lammeren in het algemeen gemakkelijk af en ze hebben goede moeder-eigenschappen.
Omdat de ooien meestal pas na half oktober bronstig worden loopt de lammertijd meestal vanaf eind maart tot begin mei.
De lammeren groeien goed waardoor ze meestal op een leeftijd van circa 5 maanden slacht- en pelsrijp zijn.
| 
